Spanje heeft zich zaterdagavond door een 2-0 overwinning tegen Frankrijk verzekerd van een plaats in de halve finale van het EK. Voetbal International zet die prestatie in historisch perspectief.
Voor het eerste EK in 1960 wisten de Spanjaarden zich niet te kwalificeren, maar de Zuid-Europeanen sloegen vier jaar later keihard terug door beslag te leggen op de Europese titel. Het gastland won in eigen land, in Estadio Bernabéu, met 2-1 van de Sovjet-Unie.
Daarna volgden een aantal magere jaren. Liefst drie keer op rij kwam Spanje niet door de kwalificatiereeks. Pas in 1980 was de ploeg weer van de partij, maar toen was de eerste ronde meteen het eindstation.
Sinds 1980 miste La Selección geen enkele Europese eindronde meer. Twee keer werd de kwartfinale gehaald. In 1984 werd de finale gehaald, maar met 2-1 verloren tegen Frankrijk. Het grootste succes viel in 2008 te noteren. Onder Luis Aragones veroverde Spanje voor de tweede keer de Europese titel.
Deze werd overigens twee jaar later onder de huidige bondscoach Vicente Del Bosque (foto) gevolgd door een wereldtitel. Spanje is nog altijd in de race voor prolongatie van de EK-titel, een prestatie die nog nooit geleverd is door een land.
Spanje is nog twee wedstrijden verwijderd van titelprolongatie. Woensdag staat in Donetsk (20.45 uur) de halve finale tegen Portugal gepland. De andere halve finale gaat tussen Duitsland en de winnaar van het tweeluik tussen Engeland en Italië.